WAT KUN JE DOEN BIJ EEN LAM MET BLOEDARMOEDE?

WAT KUN JE DOEN BIJ EEN LAM MET BLOEDARMOEDE?

Bij een zware rode lebmaagworm besmetting kunnen de volwassen wormen die in de lebmaag van een lam zitten wel 200 ml bloed per dag drinken. Als je je realiseert dat 10% van het lichaamsgewicht uit bloed bestaat, dan kan een lam van 30 kg in 5 dagen tijd dus eenderde van z'n bloedvoorraad verliezen. Dat is gigantisch, en verklaart ook waarom lammeren bij een zware besmetting snel kunnen sterven.


Verschijnselen
Het allereerste verschijnsel is een gebrek aan eetlust. Hierdoor zakt de groei terug. Dit is met het blote oog vaak nog niet waarneembaar, regelmatig wegen van de lammeren kan dit wel aan het licht brengen. Na enige tijd worden de lammeren slomer. De slijmvliezen kunnen papierwit worden. Hoe bleker de slijmvliezen, des te meer bloed het dier al heeft verloren. Deze dieren hebben in dit stadium dan vaak ook al flink ingeleverd op hun conditie: ze voelen magerder aan dan koppelgenoten. De glans gaat van de wol af en de kleur van de vacht wordt grauw. Omdat er door het bloedverlies ook eiwit wordt verloren (o.a. albumine) daalt het vermogen om vocht in de bloedbaan te houden. Dit treedt uit en wordt zichtbaar op plekken waar de huid minder strak is: onder de kaaktakken kan een kwabje met vocht (oedeem) ontstaan. Naast bloed en eiwitten verliest het lam ook in het bloed opgeloste vitamines zoals vitamine B12. De rode lebmaagworm veroorzaakt geen diarree, de mest kan juist wat ingedroogd lijken doordat er minder voer wordt opgenomen en de passagesnelheid vertraagt.


Therapie
Bij een zware wormbesmetting ontkom je niet aan het ontwormen van de lammeren. De oorzaak dient immers weggenomen te worden. Helaas zien we nog vaak op bedrijven dat niet bekend is welke wormmiddelen nog werkzaam zijn. Door hier een verkeerde keuze te maken kan er onnodig sterfte optreden. Wat het best bruikbare wormmiddel op een bedrijf is verschilt per bedrijf en bovendien is het van belang om te weten welke wormmiddelen er in het verleden zijn gebruikt. De verdere therapie is ondersteunend:

  1. Vul de ijzervoorraad aan door injecties met Alfafer (ijzer en vitamine B12). Na 10 dagen herhalen
  2. Ondersteun het energieniveau door het verstrekken van propionaat. Propionaat is direct opneembaar door de penswand. Gebruik Ketosin al snel beschikbare energiebron.
  3. Zorg ervoor dat het lam voldoende vocht binnenkrijgt. Als het lam niet zelf wil drinken kun je dit toedienen met een drenchspuit. Oplossen van Bovi Stimulans (met propionaat) helpt om de penswerking op gang te krijgen
  4. Vul de vitamine B12 en kobalt voorraad aan via Maxi Gro drench

Registreer welke lammeren het meeste last hadden van de infectie. Het advies is om deze niet in te gaan zetten voor de fokkerij. De gevoeligheid voor worminfecties is (deels) erfelijk bepaald. 


Omweiden
Een ziek lam is een indicator voor de rest van de koppel, controleer dus ook de slijmvliezen van de andere lammeren in de koppel. Niet elk lam hoeft er even slecht aan toe te zijn. Een koppelbehandeling is bij klinische klachten van haemonchose zeker geindiceerd, maar ook dan blijft het advies om de 2 tot 5% beste lammeren nog niet direct te ontwormen (dit kan eventueel een week later). Belangrijk is om de lammeren uit het zwaar besmette milieu te halen door de lammeren te verweiden naar een perceel waar minimaal 3 maanden geen schapen op hebben gestaan.


Risico's bij hitte
Lammeren die veel bloed zijn verloren hebben minder capaciteit om zuurstof te transporteren door het bloed. Zij kunnen dus eerder last krijgen van hitte en een hoge luchtvochtigheid. Wees hierop extra alert en zorg voor een schaduwrijke plek met onbeperkt toegang tot water tijdens periodes van warm weer.


Problemen volgend jaar voorkomen?
Neem contact met ons op voor een wormbeheersingsplan op maat.